Huidige regeling
Een rechtspersoon houdt na zijn ontbinding onmiddellijk op te bestaan als er op het moment van ontbinding geen activa (‘baten’) meer zijn. Dat is ook het geval als de rechtspersoon geen activa, maar wel schulden heeft. Omdat er geen vereffening van het vermogen plaatsvindt bij deze wijze van ontbinding, wordt wel gesproken van turboliquidatie. De rechtspersoon kan volstaan met het doen van opgaaf bij de Kamer van Koophandel dat zij is opgehouden te bestaan. Andere informatie over de ontbinding is voor derden, zoals schuldeisers van de ontbonden rechtspersoon, niet te achterhalen.
Doel van de wet
Het is de bedoeling dat de nieuwe wet van 15 maart 2023 de transparantie rondom turboliquidatie vergroot, misbruik ervan bestrijdt en de rechtsbescherming van schuldeisers verbetert. De nieuwe wet geldt niet alleen voor BV's, maar voor alle privaatrechtelijke rechtspersonen, dus ook voor de NV, vereniging, coöperatie, onderlinge waarborgmaatschappij, stichting, en de SE / SCE met zetel in Nederland.
Inhoud
Door de nieuwe wet is het bestuur van een rechtspersoon verplicht om na turboliquidatie bij de Kamer van Koophandel te deponeren:
(i) een slotbalans en staat van baten en lasten over het boekjaar waarin de rechtspersoon is ontbonden en over het daaraan voorafgaande boekjaar (als over dat jaar nog geen jaarrekening is openbaar gemaakt);
(ii) een beschrijving van: (a) de oorzaak voor het ontbreken van baten ten tijde van ontbinding, en indien aan de orde: (b) de wijze waarop de baten te gelde zijn gemaakt en (c) de opbrengsten zijn verdeeld, en (d) de redenen voor onbetaald laten van (een) schuldeiser(s); en
(iii) eventueel nog ontbrekende jaarrekeningen over eerdere boekjaren die al hadden moeten worden geopenbaard.
Deze stukken moeten binnen 14 dagen na de ontbinding worden gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel. Vervolgens moet het bestuur eventuele schuldeisers onverwijld schriftelijk (waaronder ook elektronisch, zoals per email) op de hoogte stellen van de deponeringen. Het gaat erom dat de schuldeisers spoedig kennis kunnen nemen van de beëindiging en de mogelijkheid om financiële gegevens te raadplegen.
In aanvulling op deze vereisten is in de nieuwe wet ook de mogelijkheid opgenomen een bestuursverbod op te leggen ter bestrijding van malafide ontbindingen zonder baten. Dit verbod kan in bepaalde gevallen op verzoek van het Openbaar Ministerie worden opgelegd voor maximaal vijf jaar. Deze regeling sluit op een aantal onderdelen aan bij de bestaande regeling van het civielrechtelijk bestuursverbod in art. 106a e.v. Faillissementswet.
Inwerkingtreding
De wet treedt in werking met ingang van 15 november 2023.
Tijdelijk van aard
De nieuwe wet vervalt twee jaar na inwerkingtreding daarvan, dus op 15 november 2025, omdat de verwachting is dat vanaf dat moment geen sprake meer zal zijn van directe economische effecten als gevolg van COVID-19. Er is echter wel voorzien in de mogelijkheid tot verlenging, waarvan gebruik kan worden gemaakt als er een voornemen is om de maatregelen permanent in te voeren.
Klik hier voor de achterliggende parlementaire stukken.