Begin april is het wetsvoorstel tot invoering van het UBO-register gepubliceerd. In dit openbaar toegankelijk register zal informatie over de uiteindelijk belanghebbenden bij rechtspersonen en andere entiteiten worden opgenomen. Hieronder volgen enkele belangrijke aspecten:
Van welke entiteiten moeten de UBO’s worden geregistreerd?
Een in Nederland opgerichte:
- BV en NV, tenzij (i) beursgenoteerd of (ii) 100%-dochter van een beursgenoteerde vennootschap
- Europese naamloze vennootschap (SE)
- Europees economisch samenwerkingsverband (EESV)
- Europese coöperatieve vennootschap (SCE)
- coöperatie
- onderlinge waarborgmaatschappij
- vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
- vereniging zonder volledige rechtsbevoegdheid die een onderneming drijft
- stichting (ook ANBI en stichting administratiekantoor);
- maatschap
- commanditaire vennootschap
- vennootschap onder firma
- rederij
Van de volgende rechtspersonen wordt de UBO niet geregistreerd: kerkgenootschappen en publiekrechtelijke rechtspersonen, evenals verenigingen zonder volledige rechtsbevoegdheid die geen onderneming drijven.
Buitenlandse rechtspersonen vallen niet onder de Nederlandse UBO-registratie, ook niet als zij een hoofd- of nevenvestiging in Nederland hebben. De registratieverplichting ziet op in Nederland opgerichte entiteiten. In de andere EU landen worden of zijn vergelijkbare UBO-registers ingevoerd voor entiteiten uit die lidstaten.
Voor de registratie van UBO’s van een trust en een fonds voor gemene rekening zal een afzonderlijk wetsvoorstel worden opgesteld.
Wie kwalificeert als UBO?
In elk geval moet als UBO worden aangemerkt:
BV/NV/SE/SCE: natuurlijke persoon (of personen) die direct of indirect meer dan 25% van de aandelen, stemrechten of eigendomsbelang houdt.
Vereniging/coöperatie/owm: natuurlijke persoon (of personen) die direct of indirect meer dan 25% van het eigendomsbelang houdt, of direct/indirect kunnen uitoefenen van meer dan 25% van de stemmen bij besluitvorming ter zake van statutenwijziging, of feitelijk zeggenschap kan uitoefenen.
Maatschap/CV/VOF: natuurlijke persoon (of personen) die direct/indirect meer dan 25% van het eigendomsbelang houdt.
Wie krijgen toegang tot het UBO-register en welke informatie wordt verstrekt?
Iedereen heeft toegang tot de volgende UBO-informatie: naam, geboortemaand en –jaar, land waar de UBO woont, nationaliteit en aard en omvang van het door de uiteindelijk belanghebbende gehouden economische belang. De omvang wordt openbaar gemaakt in bandbreedtes van meer dan 25% tot 50%, van 50% tot 75% en van 75% tot en met 100%. Er zullen geen geldbedragen bij staan.
Een aantal bevoegde autoriteiten (onder andere DNB, AFM, het Bureau Financieel Toezicht, de Belastingdienst, Nationale Politie, Dienst Justis, het OM en de FIOD) krijgt ook toegang tot aanvullende UBO-informatie.
Wie beheert het UBO-register?
De Kamer van Koophandel zal het UBO-register gaan houden.
Kan UBO-informatie worden afgeschermd?
Een UBO kan de Kamer van Koophandel verzoeken om afscherming van de UBO-informatie die voor iedereen toegankelijk is. De aard en omvang van het door de UBO gehouden belang wordt echter niet afgeschermd, omdat dit geen gegeven is dat direct herleidbaar is tot een natuurlijke persoon. De kring van personen die voor deze afscherming in aanmerking komt, lijkt door Nederland beperkt te worden tot: (i) personen jonger dan 18 jaar en (ii) personen die van overheidswege (op grond van de Politiewet 2012) worden beveiligd. Dit blijkt uit een conceptbesluit dat eind mei 2019 is gepubliceerd. Tegen het besluit van de Kamer van Koophandel op een afschermingsverzoek staat bezwaar en beroep open.
De afgeschermde informatie over de UBO (naam, geboortemaand en –jaar, woonstaat en nationaliteit) is niet toegankelijk voor het publiek, maar wel voor een aantal bevoegde autoriteiten.
Hangende de beoordeling van een verzoek tot afscherming (en gedurende bezwaar en beroep) zal de UBO-informatie niet openbaar zijn.
Wie moet de informatie aanleveren voor het register?
Degene aan wie de entiteit toebehoort of ieder van de bestuurders of, als die er niet zijn, degene die met de dagelijkse leiding is belast, is verplicht tot het doen van de inschrijving van de UBO-informatie. Omdat deze in veel gevallen afhankelijk zullen zijn van hun UBO’s voor het kunnen inwinnen en bijhouden van de gevraagde gegevens over die UBO’s, wordt voorzien in een meewerkverplichting voor de UBO. Overtreding wordt strafbaar gesteld.
Op welke termijn moet de UBO-informatie worden aangeleverd?
Het is de bedoeling van de verantwoordelijke minister dat de wet op 10 januari 2020 in werking zal treden. De entiteiten die opgaaf moet doen aan de Kamer van Koophandel van de UBO-informatie, moeten dit uiterlijk 10 juli 2021 doen (18 maanden na inwerkingtreding). Op de entiteiten rust de verplichting om deze informatie actueel en accuraat te houden.
Klik hier voor een link naar het wetsvoorstel en andere kamerstukken.