NOW 5
De tijdelijke Noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW) keert terug voor de maanden november en december 2021: de NOW 5. De regeling is 10 december 2021 gepubliceerd in de Staatscourant (Stcrt. 2021, 49190).
De terugkeer van de NOW is een direct gevolg van de aangescherpte en verlengde coronamaatregelen. De NOW 5 voorziet in een loonkostensubsidie voor de maanden november en december 2021, zodat werkgevers hun personeel kunnen doorbetalen. Voor de maand oktober 2021 kan geen NOW worden aangevraagd. Om verwarring te voorkomen: de NOW 5 is de zevende tranche van de NOW-regeling – en niet de vijfde tranche. De eerste tranche is de NOW 1, de tweede tranche is de NOW 2, de derde tranche is de NOW 3.1, de vierde tranche is de NOW 3.2, de vijfde tranche is de NOW 3.3 en de zesde tranche is de NOW 4.
Het kabinet kondigde de terugkeer van de NOW eerder al aan tijdens de persconferentie van vrijdag 26 november 2021 en nadien in de Kamerbrief van 27 november 2021. Eerder, in een Kamerbrief van 16 november 2021 gaf het kabinet nog aan dat de NOW niet zou terugkeren, omdat (i) de NOW ‘een generieke, grofmazige regeling’ is die niet paste bij het korte maatregelenpakket van (initieel) drie weken, (ii) de NOW niet goed past bij de huidige krappe arbeidsmarkt (de NOW zou namelijk kunnen voorkomen dat mensen overstappen naar sectoren waar juist een groot tekort aan arbeidskrachten is) en (iii) een nieuwe NOW-tranche niet uitvoerbaar zou zijn voor het UWV; daarvoor is minimaal vereist dat de maatregelen zien op een periode van een maand en niet drie weken. Nu het maatregelenpakket is aangescherpt én verlengd zijn argument (i) en (iii) komen te vervallen.
Tot slot is tijdens de persconferentie van 14 december 2021 een nieuw NOW-tranche (de achtste tranche) aangekondigd voor de maanden januari tot en met maart 2022, de NOW 6. De voorwaarden van de NOW 6 moeten nog bekend worden gemaakt, maar zullen op een ‘vergelijkbaar niveau’ liggen als de NOW 5, zie hieronder.
Voorwaarden
De voorwaarden van de NOW 5 zijn vrijwel gelijk aan die van de NOW 4, met de volgende veranderingen:
- Ook starters komen in aanmerking voor de NOW 5 (dit zijn werkgevers die tussen 1 februari 2020 en 30 september 2021 hun onderneming zijn gestart; afhankelijk van wanneer de onderneming is gestart geldt er een andere referentie-omzet periode).
- De loonsomvrijstelling wordt verhoogd van 10% naar 15% (dit betekent dat de loonsom met 15% mag dalen, zonder dat dit effect heeft op de subsidie).
- Het omzetverlies wordt berekend over de maanden november en december 2021 (werkgevers kunnen dus niet langer kiezen over welke maanden zij het omzetverlies willen laten berekenen).
- De referentiemaand voor de loonsom wordt september 2021 (onder de NOW 4 was dit februari 2021).
- De omzetverliesgrens wordt als gevolg van de directe lockdown verhoogd van 80% naar 90% (het meerdere mag niet worden opgegeven en komt niet voor subsidie in aanmerking), zo volgt uit een Kamerbrief van 21 december 2021. Deze verruiming zal voor de NOW 5 pas bij de subsidievaststelling kunnen worden meegenomen, omdat de voorschotten grotendeels al zijn uitgekeerd.
Verder gelden in hoofdlijnen de volgende voorwaarden (idem als bij NOW 4):
- de omzetdrempel blijft 20% (heeft het concern minder dan 20% omzetverlies, dan blijft het mogelijk om een aanvraag te doen op werkmaatschappijniveau waarbij dan wel aanvullende voorwaarden gelden, zoals het verplicht sluiten van een overeenkomst over werkbehoud met ten minste één vakbond of andere vertegenwoordiging van werknemers als sprake is van minder dan 20 werknemers en de groepsbrede toepassing van het bonus- en dividendverbod);
- het vergoedingspercentage blijft maximaal 85% (dit betekent dus dat bij een maximale omzetdaling (90% of meer) de subsidie onder de NOW 5 maximaal 76.5% bedraagt (90% van 85%));
- de forfaitaire opslag blijft 40%;
- de maximale vergoeding per werknemer blijft twee keer het maximum dagloon;
- de inspanningsverplichting om werknemers van werk naar werk te begeleiden bij bedrijfseconomisch ontslag blijft bestaan (dit betekent dat als werkgevers gedurende de NOW 5-subsidieperiode, te weten november en december 2021, een aanvraag doen voor bedrijfseconomisch ontslag, zij een inspanningsverplichting hebben om deze werknemers te helpen van werk naar werk, hetgeen praktisch inhoudt dat zij dit ontslag moeten melden bij het UWV via de UWV Telefoon NOW. Gebeurt dit niet, dan volgt een korting van 5% op de subsidie.); en
- het bonus- en dividendverbod en het verbod van inkoop eigen aandelen blijft op dezelfde wijze bestaan (over heel 2021). Schending van dit verbod zal leiden tot volledige nihilstelling van de subsidie.
Het bonus- en dividendverbod geldt voor iedere werkgever die ten minste EUR 125.000 aan voorschot of vastgestelde subsidie ontvangt (en hiermee moet beschikken over een accountantsverklaring). Dit leidt niet tot nieuwe verplichtingen voor werkgevers die reeds NOW hebben aangevraagd voor dit jaar, omdat zij reeds onder dit verbod vallen. Echter, de aanvullende verplichting die alleen gold voor NOW 4 gaat (toch) ook gelden voor de NOW 5, te weten de verplichte overeenkomst met de relevante werknemersvertegenwoordiging over de wijze waarop invulling wordt gegeven aan het bonus- en dividendbeleid (art. 16 lid 2 NOW 5). Dit betekent dat een werkgever die een beroep wil doen op de NOW 5 en waarvoor het bonus- en dividendverbod geldt, moet beschikken over een ondertekende overeenkomst met ten minste één vakbond (of een andere vertegenwoordiging van werknemers als sprake is van minder dan 20 werknemers) bij het doen van de vaststellingsaanvraag (dus nog niet bij de voorschotaanvraag).
Verder geldt de voor de NOW (3 en) 4 doorgevoerde administratieve lastenverlichting ook voor de NOW 5.
Tot slot gaf het kabinet eerder aan te kijken naar een nieuwe voorwaarde voor de NOW 5: de (jaar)omzetverliesdrempel. Dit is een terugbetalingsbetalingsverplichting indien de NOW achteraf niet nodig is gebleken, omdat bijvoorbeeld op jaarbasis geen omzetverlies is geleden. Het kabinet verkent momenteel de mogelijkheden om een dergelijke (jaar)omzetverliesdrempel te operationaliseren voor een eventuele nieuwe NOW-tranche, maar heeft expliciet aangegeven deze nog niet in te voeren voor de NOW 5 (en NOW 6 - zie hieronder).
Aanvraag- en vaststellingsloket
Het aanvraagloket voor de NOW 5 gaat maandag 13 december 2021 open (via de website van het UWV). Aanvragen blijft mogelijk tot en met een maand na afloop van de NOW 5, te weten 31 januari 2022. Het UWV zal het voorschot in één keer uitbetalen, in plaats van in termijnen (zoals voorheen het geval was). Werkgevers kunnen hun definitieve vaststelling voor de NOW 5 aanvragen tussen uiterlijk 1 juni 2022 en 22 februari 2023.
Verhouding met andere steunmaatregelen
WTV
Nieuw ten opzichte van voorgaande NOW-regelingen is dat de Werktijdverkortingsregeling (WTV) tijdens de NOW 5 (wel) openblijft. De WTV was eerder vanwege de invoering van de NOW in maart 2020 tijdelijk buiten werking gesteld. Omdat de NOW met ingang van 1 oktober 2021 werd stopgezet keerde de WTV op die datum weer terug. De WTV ziet echter niet op COVID-19-gerelateerde risico’s, maar op andere kortdurende buitengewone omstandigheden die niet tot het ondernemersrisico behoren (zoals een brand binnen het bedrijf), zodat deze regelingen naast elkaar kunnen bestaan. Met deze regeling kunnen werkgevers een WW-uitkering aanvragen voor werknemers voor niet-gewerkte uren (voor minimaal twee weken en maximaal 24 weken). De werkgever betaalt de werknemer in dat geval het normale loon door en ontvangt bij wijze van compensatie de WW-uitkering. Anders dan de TVL (zie hieronder), telt de WTV (de ontvangen WW-uitkering) wel mee voor het omzetbegrip van de NOW 5.
TVL
De TVL (Tegemoetkoming Vaste Lasten), een van de andere COVID-19 steunmaatregelen van het kabinet, valt niet onder het omzetbegrip van de NOW 5. Dit was ook al het geval bij de NOW 3 en 4.
Aankondiging NOW 6
Tot slot is tijdens de persconferentie van 14 december 2021 een nieuw NOW-tranche aangekondigd voor de maanden januari tot en met maart 2022, de NOW 6. De voorwaarden van de NOW 6 moeten nog bekend worden gemaakt, maar zullen op een ‘vergelijkbaar niveau’ liggen als de NOW 5, zo blijkt uit een Kamerbrief van 14 december 2021. Zo blijft de omzetdrempel gehandhaafd op 20%, het vergoedingspercentage blijft 85% en het te vergoeden dagloon blijft gemaximeerd op twee keer het maximale dagloon. De verruiming van de omzetverliesgrens van 80% naar 90% gaat ook gelden voor de NOW 6, zo volgt uit de latere kamerbrief van 21 december 2021. Mogelijk dat het percentage forfaitaire opslag en het percentage loonsomvrijstelling wel zal afwijken van de NOW 5. Het streven is dat het aanvraagloket voor de NOW 6 in de tweede helft van februari 2022 open gaat.
Meer informatie